Al in een groen, groen, groen, groen knollenland
Daar zaten twee haasjes heel parmant
En de een die blies de fluitefluitefluit
En de ander sloeg de trommel
In dit versje loopt het niet goed af. Bassie en Adriaan hebben dit ooit al eens letterlijk op de korrel genomen en de jager verjaagd. Ik heb het tot treurens toe op DVD gezien. Gelukkig, want in de aanloop van Pasen moeten ze echt uit hun knollenland komen. Ze dienen eieren te brengen aan zoete lieve kindertjes. Dat opvoedkundige aspect is tegenwoordig volledig verdwenen. Maar ze hebben wel dezelfde insteek als Sinterklaas. Toon Hermans heeft zich ooit verwonderd waarom niet gelijk verteld wordt in welke hoek het strooigoed wordt geworpen: waarom zegtie niet meteen in welke hoek dattie die rommel gooit.
Ik heb deze sketch vaak op tv voorbij zien komen. En elke keer kon ik er hartelijk om lachen. Maar de paashaas maakt het vele male bonter. Met een mandje op zijn rug, gevuld met eieren, loopt hij onze balkons, tuinen en huizen af. En verstopt overal en nergens de eieren. Maar dat vinden we dus niet raar. Waarom? Waarom dienen we naar deze eieren te zoeken? En waarom stopt de paashaas al zijn eieren in één mandje. Een Brit zal dat volkomen onlogisch vinden. Je moet niet alles op één kaart zetten. Puntje bij paaltje blijkt nu de Britten dat gedaan hebben, ze er niet makkelijk uitkomen. Maar het was leuk om de kinderen op paasmorgen te zien zoeken en enthousiast de eitjes in een mandje te zien doen.
Ik heb dus vroeger eieren verstopt. Met liefde. Angstvallig hield ik het weer in de gaten. Want zoeken in een doorweekte tuin naar chocolade-eitjes die dan niet meer eetbaar zijn, wilde ik voorkomen. Meestal koos ik daarom voor de veilige optie: in huis. Met het gevolg dat ik na twee weken bij het stofzuigen nog steeds een dof geluid kon verwachten. Niet alle eieren waren gevonden. Inderdaad, ik stofzuig niet altijd in alle hoeken en gaten. En ook niet elke week onder de bank. Onze kat ging ook wel eens aan de haal met de eieren. Totdat hij er ook niet meer bij kon. Toch was dat dof geluid beter dan midden in de zomer een colonne mieren te zien marcheren naar een specifieke plek in de tuin. De kans was erg groot dat daar zich een vergeten eitje bevond.
Eieren verven hebben we nooit gedaan. We hadden als alternatief plakplaatjes. Plaatjes die je kon weken en dan voorzichtig op het ei kon aanbrengen. Nooit recht. Anders dan in mijn jeugd. Toen heb ik zowel met waterverf als stiften eieren versierd. Als je dan je eitje ging pellen was het eiwit ook voorzien van kleurtjes. En dat at je dan gewoon op. In die tijd ging je er vanuit dat het geen kwaad kon. Er stond niet op de verf of het schadelijk was. Je ging er vanuit dat het onschadelijk was. Ik wilde dat niet mijn kinderen aandoen.
Onze Vlaamse buren hebben minder met het verschijnsel paashaas. Ze zijn nog Katholiek. De paashaas doet wel voorzichtig zijn intrede maar de klokken die te veel Red-bull hebben gedronken zijn gangbaarder. Op Witte Donderdag vliegen de klokken naar Rome en komen in de paasnacht weer terug met chocolade- en suikereieren. Het is te hopen dat ze hun klepel thuis hebben gelaten, want van 's-nachts luidende klokken die denken heimelijk de eieren neerleggen, lijkt me niet bevorderlijk voor de nachtrust. Alhoewel waarschijnlijk de overactieve kinderen je toch al uit de slaap houden. Wie wil nu niet klokken met vleugels zien?
In Vlaanderen heeft elk dorp van minimaal 5 woningen een eigen kapel of kerk. Dus er zal nooit twijfel zijn over of die ene klok wel door het hele land de eieren kan brengen. Eén klok per dorp is meer dan afdoende. Santa Claus, nog zo een kindervriend, doet de bezorging zelf. Daar is geen discussie over. We zijn overspoelt met films over deze bolle man, waarin hij in zijn turbo-slede de wereld even aandoet. Maar één paashaas voor één land? Kinderen kunnen in al dit geweld van fabels geweldige vragen stellen. Waarom zijn er geen hulp-paashazen? Men vergelijkt en trekt conclusies. Als Sinterklaas het niet alleen afkan, en er dus veel hulp sinterklazen zijn, dan zou het ook zo moeten zijn dat de paashaas die ook heeft!
Ik stond bij die vraag met mijn mond vol tanden. Wat was het juiste antwoord? Om een hele familie Haas verantwoordelijk te maken voor het brengen van de eieren was mogelijk, maar dat had me weer in een lastig pakket gebracht. Dan zou de vraag zijn geweest waar al die paashaas-kinderen vandaan kwamen. Ze waren nog te jong voor Dumbo, dus de ooievaar kon ik niet benoemen. Pasen is in de lente, maar het verhaal over bloemetje en bijtjes ging toen nog echt te ver. Mijn antwoord was simpel, ja, er zijn hulp-paashazen.
Feitelijk seizoensarbeiders, die trokken van dorp naar dorp, per boerenkar. Tegenwoordig kunnen andere termen gehanteerd worden, maar rijden ze rond in een auto met een wit kenteken. Voor dit soort beroepen zijn moeilijk arbeidskrachten te vinden. Hard werken, geld verdienen en dan weer wachten op het volgende seizoen. Of hard(er) werken beter is dan efficiënter werken, is een goede vraag. Stress kan leiden tot fouten en lichamelijke ongemakken. Waarschijnlijk is de hulp-paashaas die onderstaande boodschap achter liet, zwaar overspannen geweest.